Programma van ACOD UGent rond het klimaat

ACOD UGent verwelkomt de beweging van jongeren, scholieren en studenten, die wekelijks op straat komen rond de eis naar een ambitieus klimaatplan. Hun engagement, doorzettingsvermogen en kritische ingesteldheid heeft ervoor gezorgd dat in onze maatschappij een debat is ontstaan over de desastreuze gevolgen van de manier waarop onze economie vandaag is georganiseerd. Zij tonen daarmee aan dat collectieve actie, inclusief spijbelen of staken, betogen en zich organiseren kan zorgen voor een draagvlak voor sociale verandering. Het is dan ook geen toeval dat deze beweging leidt tot enthousiasme, ook bij velen die hun scholieren- en studententijd al (lang) achter zich hebben gelaten.

We zijn ook erg verheugd over het feit dat binnen deze beweging vooral aandacht is voor de fundamentele maatschappelijke veranderingen die nodig zijn om klimaatverandering tegen te gaan, en dat de maatregelen die genomen moeten worden sociaal rechtvaardig moeten zijn. In het verleden kwamen de gevolgen voor groene maatregelen vooral bij de gewone werkende bevolking terecht, terwijl vervuilende multinationals en grote bedrijven nauwelijks gewezen werden op hun verantwoordelijkheid.

Zo blijkt dat een honderdtal fossiele-brandstofproducenten verantwoordelijk zijn voor meer dan 70% van de uitstoot van broeikasgassen sinds de oprichting van het Intergouvernementele Panel voor Klimaatverandering (IPCC) in 1988. In het Klimaatplan van de Stad Gent, dat tegen 2019 een vermindering van 20% van de CO2-uitstoot tegenover het referentiejaar 2016 beoogt, wordt enkel rekening gehouden met bedrijven in het Gentse die niet onder het Europese systeem van handel in uitstootcertificaten (ETS) vallen. Tel je die bedrijven er wel bij, zijn zij verantwoordelijk voor 89% van alle CO2-uitstoot in Gent. Het leeuwendeel daarvan komt trouwens op rekening van één bedrijf: Arcelor Mittal Gent. Een klimaatplan dat deze vervuiling niet meerekent is dan ook gedoemd tot falen. Tegelijkertijd moeten we ook rekening houden met de belangen van de vele mensen die rechtstreeks of onrechtstreeks werken voor bedrijven als Arcelor: een klimaatplan dat niet de bescherming opneemt van de jobs en arbeidsvoorwaarden voor die werknemers zal nooit sociaal rechtvaardig zijn, en is voor ons als vakbond dan ook onaanvaardbaar.

Daarnaast zijn bepaalde aspecten van de klimaatproblematiek maar oplosbaar met collectieve maatregelen, en door een stevige investering in openbare dienstverlening: openbaar vervoer, onderzoek en onderwijs,… De klimaatspijbelaars roepen op tot het formuleren van een echt klimaatplan, wij willen als vakbond dan ook een eerste aanzet doen om daartoe te komen, rekening houdend met onze prioriteiten rond sociale rechtvaardigheid.

De wetenschappelijke consensus dat klimaatverandering reëel is, en veroorzaakt wordt door menselijke activiteit, is vandaag zo goed als unaniem. Onlangs publiceerde het toonaangevende wetenschappelijke tijdschrift Nature dat de stelling dat “menselijke activiteiten de nefaste klimaatverandering in de hand werken” het zogenaamde ‘5 sigma’-niveau heeft bereikt. Dit is hetzelfde zekerheidsniveau waarmee bvb. in 2012 het bestaan van het Higgsboson-deeltje werd bevestigd, en betekent dat er slechts één kans op 3,5 miljoen is dat klimaatverandering niet veroorzaakt wordt door menselijke activiteit. Ter vergelijking: je hebt meer kans om bij Euromillions de 5 correcte cijfers te raden.

Ons programma

Mobiliteit

We pleiten voor een grondige publieke herfinanciering van het openbaar vervoer, investeringen in nieuwe lijnen en milieuvriendelijkere voertuigen. Het openbaar vervoer moet van goede kwaliteit zijn, sterker uitgebouwd worden, en moet gratis zijn. De fietsvergoedingen moeten opgetrokken worden, en er moet nog meer geïnvesteerd worden in veilige fietsinfrastructuur en publieke initiatieven voor deelfietsen en fietsherstelplaatsen. Voor verplaatsingen die tóch met een personenwagen moeten gebeuren moet er een betaalbaar en publiek autodeelsysteem komen. Op die manier kan het privaat autogebruik drastisch verminderen, zonder dat mensen minder mobiel worden. Er moet een einde komen aan de belastingvoordelen voor bedrijfswagens. In de plaats moet een loonsverhoging komen, inclusief alle sociale bijdragen.

Laten we de subsidies die vandaag gaan naar de Ryanairs en de Easyjets van deze wereld investeren in publieke internationale spoorinfrastructuur: we pleiten voor de hernationalisering van de spoorwegen daar waar zij niet meer in publieke handen zijn, en de heropstart en uitbreiding van degelijke internationale treinverbindingen als alternatief op vervuilende vliegtuigen. Er moet er ook een einde komen aan de overvloed van kleine private koerierdiensten en pakjesdiensten met slechte tewerkstellingsstatuten en arbeidsvoorwaarden. Wij pleiten voor een postbedrijf in publieke handen dat pakjesvervoer efficiënter kan organiseren, met minder voertuigen, met prioriteit voor milieuvriendelijke alternatieven op de bestelwagen (fietskoeriers,…), en met degelijke loon- en arbeidsvoorwaarden voor het personeel van die diensten.

Tenslotte moet er ook nagedacht worden over de huidige manier van transport van goederen. Omwille van kostenbesparingen werken veel bedrijven vandaag met principes als just-in-time en zero-stock. Dit heeft de voorbije jaren gezorgd voor een enorme toename van het aantal vrachtwagens en bestelwagens die vaak beperkte hoeveelheden vracht vervoeren. Het is veel interessanter om deze werkwijze te vervangen door een meer gecoördineerde vorm van transport, waardoor minder transporten met grotere hoeveelheden tegelijkertijd kunnen gebeuren, bijvoorbeeld via het spoor of via binnenschepen. Eén binnenschip kan al snel 40 vrachtwagens van de weg halen.

Reconversie van vervuilende bedrijven

Voor steeds meer industriële processen bestaan vandaag milieuvriendelijke alternatieven, of zijn technologieën in ontwikkeling die de uitstoot drastisch kunnen verminderen. Onze universiteiten, ook de UGent, voeren dagelijks onderzoek naar dergelijke technologie. Zo bestaan er intussen technieken die het mogelijk maken om op CO2-neutrale wijze staal te produceren, maar desondanks blijft Arcelor Mittal Gent dagelijks tonnen CO2 in de lucht blazen. Dergelijke duurzame nieuwe processen vinden bovendien maar moeilijk ingang net omdat grote spelers weigeren om deze zelf op massale schaal toe te passen: de aandeelhouders van vervuilende multinationals eisen hun deel van de winst op, eerder dan dat deze winsten gebruikt worden voor een ecologische reconversie.

We eisen dan ook dat er een groot industrieel plan komt om op korte termijn de Belgische industrie volledig om te vormen naar de meest milieuvriendelijke technologieën die er bestaan. Theoretische modellen die aan onze universiteit, of aan andere onderzoeksinstellingen, worden ontwikkeld moeten de kans krijgen om in een industriële context te worden toegepast. Bedrijven moeten strenge streefcijfers opgelegd krijgen over de reconversie van hun productie, productie van afval, uitstoot en verpakkingen. De winsten moeten prioritair geïnvesteerd worden in deze nieuwe technologieën. Tijdens en na de reconversie moet er een verbod komen op delokalisaties en ontslagen. Werknemers moeten ook alle nodige opleiding en begeleiding krijgen om zich te kunnen aanpassen aan de nieuwe werkwijzen. Er moeten effectieve maatregelen worden genomen tegen bedrijven die proberen om zich aan deze verplichtingen te onttrekken.

Energie terug in publieke handen, investeren van de winsten in hernieuwbare energie

De voorbije maanden hebben de private energiebedrijven aangetoond dat zij niet in staat zijn de Belgische energiebevoorrading op een efficiënte en correcte manier te organiseren, laat staan dat ze klaar zijn voor een massale omschakeling naar hernieuwbare energie. De barstjes in de kerncentrales, het uitstellen van de sluiting van die centrales, het gebrek aan investeringen in hernieuwbare energiebronnen,…: allemaal zijn het signalen die er om smeken de energiesector terug in publieke handen te nemen. Een publieke energiesector zou de winsten gebruiken om energie terug betaalbaarder te maken, en te investeren in hernieuwbare energiebronnen.

Daarnaast moet er ook een nationaal isolatieplan worden opgemaakt, waarbij op enkele jaren tijd alle gebouwen grondig geïsoleerd worden. Voor mensen die dit niet kunnen betalen moet dit gebeuren met publieke middelen.

Investeren in onderzoek en onderwijs, passieve en kwaliteitsvolle schoolgebouwen

Wetenschappelijk onderzoek is cruciaal om te kunnen werken aan een massale ecologische reconversie. De publieke financiering van zowel het fundamenteel als het toegepast onderzoek moet opgetrokken worden. Tegelijk moet er een einde komen aan de ratrace bij de hedendaagse wetenschappelijke carrières: onderzoekers moeten kunnen werken in een stabiele en zekere context, en op langere termijn kunnen werken aan hun onderzoek. Dit komt niet alleen de levenskwaliteit van onderzoekers ten goede, maar ook de kwaliteit van het onderzoek.

Ook in het onderwijs moet een einde komen aan de publieke onderfinanciering. Een goede opleiding is nodig om de kritische ingesteldheid te kweken die we vandaag bij de klimaatbetogers terugvinden. Het zorgt voor mensen die in staat zijn de uitdagingen van de komende periode te begrijpen en aan te gaan. Daarnaast moeten er ook voldoende middelen zijn voor infrastructuur: Vlaamse universiteiten krijgen vandaag slechts één vierde van de middelen die ze nu nodig hebben om hun eigen gebouwen te onderhouden. Er moet massaal geïnvesteerd worden in kwaliteitsvolle gebouwen die beantwoorden aan de hoogste normen rond klimaatneutraliteit.

Collectieve problemen vragen collectieve oplossingen

Klimaatverandering is een maatschappelijk probleem. In al onze voorstellen pleiten we dan ook voor collectieve oplossingen: wij geloven niet in vliegtaksen, pestmaatregelen voor automobilisten die geen alternatieven hebben, of belastingen op verpakkingen waarvoor vandaag geen alternatief te vinden is. Investeer in alternatieven: degelijke internationale treinverbindingen in plaats van overgesubsidieerde goedkope vliegtuigen. Alternatieven op het privaat autobezit die voldoende kwaliteitsvol zijn om dat privaat autobezit effectief te beperken. Een verbod op de productie van onnodige plastiek verpakkingen, zonder dat er kosten worden doorgerekend aan de eindgebruikers.

Door deze oplossingen collectief te organiseren, kan veel ruimer nagedacht worden dan de individuele verantwoordelijkheid van mensen. Als er bijvoorbeeld mobiliteitsproblemen zijn, moeten we dan niet nadenken over het voorzien van voldoende degelijke en goedkope woningen dichtbij de werkplaats? Moeten we niet zorgen dat er voldoende scholen en publieke kinderdagverblijven zijn, om te vermijden dat mensen zich met hun kroost te ver moeten verplaatsen? Kan arbeidsduurvermindering ook niet zorgen voor minder woon-werkverplaatsingen, of een betere spreiding daarvan?

Het VBO stelde recent voor om de index af te schaffen zodat de mensen de milieumaatregelen zouden voelen en hun gedrag zouden aanpassen. Het behoud van de automatische loonindexering is echter essentieel. Wij willen immers net niet dat milieumaatregelen moeten worden betaald met de bescheiden inkomens van mensen die leven van een arbeidsloon of een uitkering, maar wel met de megawinsten van de multinationals. Wij denken dat dit de enige manier is om te komen tot een klimaatplan dat niet alleen efficiënt is, maar dat ook sociaal correct is. Enkel zo kunnen we er een massale steun voor verwerven, mensen overtuigen die vandaag nog niet overtuigd zijn, en de hardnekkige klimaatontkenners herleiden tot een absolute minderheid!